25-06-2018

Aldus de schrijver (1)


“De voortgang of blokkering van het werk is voor de kunstenaar, de componist en de schrijver van levensbelang. Daar kijkt niemand van op. Ook niet van de notie dat de creatieve mens voor zijn evenwicht en zelfvertrouwen in hoge mate van dat werk afhankelijk is. Men voelt zich geestelijk sterker als het nieuwe, nog onbekende werk merkbaar groeit en zienderogen vorm aanneemt. Niet het onbekende slaat hem uit het evenwicht, maar het gebrek aan kracht (dan wel ontbrekend zelfvertrouwen) om in dat onbekende door te dringen. Persoonlijk zou ik zeggen: daarom kan ik me ook nooit te ver verwijderen van datgene wat op exploratie en verwezenlijking ligt te wachten. Het is een psychische gesteldheid die mij herinnert aan een brief van Simeon ten Holt (componist; frb), waarin hij zich een jaar geleden uitsprak over de noodzakelijke discipline en het beschikbaar zijn, ten allen tijde, voor het creatieve werk. In dat opzicht zijn wij zeker aan elkaar verwant.”

H.C. ten Berge, Een spreeuw voor Harriët. Essays. Dagboekbladen. Veldnotities. Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen 2018.
Bovengenoemd citaat stamt uit het onderdeel ‘Dagboekbladen’ en gaat terug op een aantekening uit 1984.


Geen opmerkingen: