29-06-2025

Aldus de schrijver

 

 

“Oghi opende langzaam zijn ogen. Het felle licht verblindde hem en stak scherp af tegen een soort lichtgrijs waas. Hij sloot zijn ogen, opende ze weer. Het kostte hem moeite. Gelukkig. Dat betekende dat hij nog leefde. De fysieke inspanning om zijn ogen te openen, ze samen te knijpen tegen het felle licht, gold als bewijs.
Een plafond van gipsplaten, uitgerust met tl-buizen, verscheen voor zijn ogen. Alle tl-buizen brandden, wat suggereerde dat hij zich in een ziekenhuis bevond. Zoveel verlichting was alleen in een ziekenhuis noodzakelijk. Hij probeerde zijn hoofd te draaien, maar dat lukte hem niet. Hij kon zijn ogen van de ene naar de andere kant bewegen, dat was alles.
‘Meneer Oghi.’
Hij hoorde een stem. Een vrouwenstem. Hij kon niet zien wie bij de stem hoorde, tot er geleidelijk een wit uniform zijn gezichtsveld binnenkwam. De vrouw – hij nam aan dat ze een verpleegster was – liep op hem af. Hij kon haar ruiken. Geen fijn geurtje. Penetrant. Misschien had ze net gegeten. Hoe laat zou het zijn?
Oghi wilde iets zeggen. Hij hoefde niet te vragen waar hij was, dat wist hij al. Wat kon dit zijn behalve een ziekenhuis? Op sterven na dood was hij in elk geval niet. Dan had hij haar niet kunnen ruiken.
‘Kunt u me horen?’
De verpleegster bestudeerde Oghi’s gezicht van dichtbij en drukte op de hulpknop aan de muur.”

Uit: Hye-young Pyun, Het gat. Vertaald uit het Koreaans door Mattho Mandersloot. Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam 2024
 

Over Hye-young Pyun: https://en.wikipedia.org/wiki/Pyun_Hye-young

Mattho Mandersloot: https://literairvertalen.org/vertalersbestand/mattho-mandersloot

 

25-06-2025

W. H. Auden, 'Gare du Midi / Zuidstation'

 

Gare du Midi / Zuidstation

Zomaar een sneltrein uit het zuiden, rond
De controle drommend volk, een gezicht
Dat door geen burgemeester wordt vereerd
Met tressen of trompet: iets om de mond
Wekt in passanten angst en medelijden.
Sneeuw valt. Zijn koffertje lijkt vederlicht,
Nu hij de stad zo monter infecteert:
Wellicht komen er vreselijke tijden.

W. H. Auden in Nee, Plato, nee. Keuze en vertaling van Audens gedichten: Benno Barnard, Huub Beurskens en Wiel Kusters.

>> https://nl.wikipedia.org/wiki/W.H._Auden

22-06-2025

De eerste alinea

 

 

“Ik sta bij het raam van het grote huis in Zuid-Frankrijk terwijl de avond valt, de avond die me naar de verschrikkelijkste ochtend van mijn leven zal voeren. In mijn hand heb ik een glas, de fles staat binnen handbereik. Ik kijk naar mijn spiegelbeeld in de steeds donkerder glans van de ruit. Mijn spiegelbeeld is lang, spichtig bijna, mijn blonde haar glanst. Mijn gezicht is zo’n gezicht dat je vaak hebt gezien. Mijn voorouders veroverden een continent, rukten op over met dood bezaaide vlaktes tot ze bij een oceaan uitkwamen die met de rug naar Europa lag en uitkeek over een donkerder verleden.”

Uit: James Baldwin, Giovanni’s kamer. Vertaald uit het Engels door Eefje Bosch en Manik Sarkar. Uitg. De Geus, Amsterdam 2024

James Baldwin: https://nl.wikipedia.org/wiki/James_Baldwin

Eefje Boschhttps://www.literairvertalen.org/vertalersbestand/eefje-bosch

Manik Sarkar: https://www.vertalersvakschool.nl/docent/manik-sarkar/

18-06-2025

'Bij het meer van Iseo', een gedicht

 

 

Bij het meer van Iseo

Ritselende blaadjes onder onze voetstappen,
maar volop zomer. Wat geweest is, zal zijn,
zei Pavese, en we zien de roestige knopen
van andere jaren in het hoge, droge gras.

Beneden het meer, het waterdek kijkt ons aan.
Bomen tonen ons hun ingewanden, wonden
van ingeslagen licht, een huid zo zwart
als as. Men ziet ons samen, wij

die nieuwsgierig rondtrekken, muggen van ons 
afslaan, in een vurig verlangen een omtrek 
maken. Onze zintuigen in samenspraak
met zoveel nabijheid, zoveel afstand, en alles

aanwezig, de neerwaartse ronding in de spiraal
van de wijngaardslak, de onzichtbare hand
in het borduursel van de varenplant. Nog is
het pad bedauwd, nog is het geen nacht.

 frb

Uit: Transit. Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam 2012

14-06-2025

De eerste alinea

 

“Een klein station aan de spoorweg die naar Rusland leidt.”


Uit: Robert Musil, De verwarring van een jonge Törless. Vertaald uit het Duits door Jan Sietsma. Uitgeverij Koppernik, Amsterdam 2024

Robert Musil: https://nl.wikipedia.org/wiki/Robert_Musil

Jan Sietsmahttps://www.koppernik.nl/vertalers/jan-sietsma/

10-06-2025

Ingeborg Bachmann, 'Na deze de zondvloed'

 


Na deze zondvloed

Na deze zondvloed
wil ik de duif,
en niets dan de duif,
nog eenmaal gered zien.

Ik zou ondergaan in deze zee!
vloog zij niet uit, bracht zij niet
te elfder ure het blad.


Ingeborg Bachmann

Uit haar bundel Tijd in onderpand. Vertaald uit het Duits door Paul Beers tezamen met Isolde Quadflieg. Uitgeverij Amber, Amsterdam 1988

Ingeborg Bachmann: https://nl.wikipedia.org/wiki/Ingeborg_Bachmann

Paul Beers: https://nl.wikipedia.org/wiki/Paul_Beers

 

07-06-2025

Aldus de schrijver

 

 

“Ik verblijf in een flat twee huizen verderop van de oude, een flat waar ik nooit zal wonen. Het woord ‘thuis’ heeft zijn betekenis voor mij verloren, het is gewoon iets wat ik ooit heb gehad. Ik zit achter mijn typemachine, die soms zelf lijkt te beslissen welke toetsen ik moet aanraken, zo komt het me voor. Verder staan alleen mijn bed, een kledingkast en een ladekast in deze vreemde kamer. Het raam kijkt uit op een kleine binnenplaats met vuilnisbakken en fietsenrekken, net als in mijn kindertijd. De andere drie kamers staan vol verhuisdozen, maar de gordijnen en de lamellen heeft de oude weduwnaar laten hangen, omdat ze toch niet zouden passen in de nieuwe koopflat die de vakvereniging voor hem heeft geregeld, toen de onderhandelaars eindelijk kans zagen om hun computersysteem te installeren in wat ooit Vilhelms kamer was geweest. Het spreekt voor zich dat die moest worden afgebroken en dat de onderhandelaars met hun domme, vochtige ogen, net als de slopers en ik, slechts een excuus waren om de innerlijke waarheid te onthullen die elk mensenleven zinvol en boeiend maakt.”

Uit: Tove Ditlevsen, Vilhelms kamer. Vertaald uit het Deens door Lammie Post-Oosterbrink. Das Mag Uitgeverij B.V., Amsterdam 2024

Tove Ditlevsenhttps://nl.wikipedia.org/wiki/Tove_Ditlevsen
Lammie Post-Oosterbrink: https://lammiepostvertalingen.nl/

 

03-06-2025

Antonin Artaud, 'Maan'

 

 

Maan

Bitter van smaak deze avond, vol afgunst
Voor een of andere duistere slet
Holle avond, zwart, met vuil besmet
Drijvend tussen de maan en ons

Hatelijke maan boven de zee
Ze was somber de maan
Als ’t denken van een zieke aan
’t Heelal met al zijn wel en wee

In ’t ongelooflijk duister
Waar deze maan was opgekomen
Strekte de kalmte van de zomer
Haar takken dampend tot het uiterste

Antonin Artaud

Uit: Dichters van de avant-garde. De moderne Franse poëzie. Samengesteld en ingeleid door Guus Luijters. Uitg. L.J. Veen Amsterdam | Antwerpen 2003

Antonin Artaud: https://nl.wikipedia.org/wiki/Antonin_Artaud

Guus Luijters: https://nl.wikipedia.org/wiki/Guus_Luijters

31-05-2025

Aldus de schrijver

 

“In het ledikant slorpte Bernadeta met horten en stoten een teug lucht naar binnen, liet halfbakken een hese knor ontsnappen, waarna haar adem stokte. Buiten viel het gekrijs van een kerkuil te horen, daarna was het stil. Margarida hield op met duimendraaien. Ze strekte haar nek, keek naar de oude vrouw en even dacht ze dat het gedaan was. Dat haar laatste uur geslagen had. Maar uit het donkere ravijn van de mond kwam een zucht, Bernadeta ademde in en het gereutel ging weer door. En Margarida liet zich weer tegen de rugleuning van haar stoel vallen en hervatte op haar beurt het duimendraaien. Ze was een magere oude vrouw, met een hoofd als het kopje van een mus, strenge ogen, een onverbiddelijke mond, ingevallen wangen, een lange nek en kromme schouders. En ze bad. Arme Margarida, ze bad de hele nacht.”

Uit: Irene Solà, Ik gaf je ogen en je keek in de duisternis. Vertaald uit het Spaans door Adri Boon. Uitgeverij Cossee, Amsterdam 2024

Irene Solà: https://en.wikipedia.org/wiki/Irene_Sol%C3%A0

Adri Boon: http://nl.schwob-books.eu/translator/25/adri-boon

28-05-2025

Julius Chingono, 'Ik weet waarom'

 

Ik weet waarom

Ik weet waarom een arme vrouw
zingt
Ze zingt omdat ze weet
dat een dichte mond
slechte adem strikt
die mogelijke weldoeners
wegjaagt

Ik weet waarom een arme vrouw
slaapt
Ze slaapt omdat ze weet
dat haar dromen vervuld worden
als ze slaapt
op haar koninginnenbed

Ik weet waarom een arme vrouw
neerknielt en bidt
Ze bidt tot God
Ze weet dat God zijn uitverkorenen heeft
Ze bidt dat God
overvloedige rijkdommen schenkt
aan de uitverkorenen
want dan kunnen de uitverkorenen die
weer weggooien
zodat zij haar hart klan ophalen
aan hun vuilnisemmers.


Julius Chingono

Vertaald uit het Engels door Jabik Veenbaas en opgenomen in Hotel Parnassus. Poëzie van dichters uit de hele wereld. Poetry International 2004. De Arbeiderspers, Amsterdam | Antwerpen 2004
 

Julius Chingonohttps://en.wikipedia.org/wiki/Julius_Chingono

Jabik Veenbaas: https://nl.wikipedia.org/wiki/Jabik_Veenbaas

24-05-2025

De eerste alinea

 

 

“Ik droomde dat ik droomde over de klamme grijze aarde van het eiland en de zoetige lucht die er na een regenbui uit opstijgt, dus ik was twee dimensies verwijderd van een plek waar ik nooit meer zal komen. Mijn moeder heeft me ooit uitgelegd dat die geur ontstaat door een combinatie van mineralen en bacteriën in de aarde, die onder invloed van water filamenten vormen en flarden aromatische damp verspreiden. Wij vinden dat het troostrijk ruikt, zei ze, omdat we graag willen geloven dat daar op een dag een plek is waar we ons thuis zullen voelen, als we diep in de aarde worden begraven.”

Uit: John Boyne, Aarde. Vertaald uit het Engels door Anke Frerichs en Meulenhoff Boekerij. Uitg. Meulenhoff, Amsterdam 2024
 

John Boyne: https://nl.wikipedia.org/wiki/John_Boyne

Anke Frerichs: https://www.goethe.de/ins/nl/nl/bib/uak/per.cfm?personId=6657

20-05-2025

Beeldende kunst en poëzie

 

 

De appel

Zo onherroepelijk de appel zijn kleur,
zijn vorm afstaat. Het wordt, het is,
weer maanden later, valfruit
bij dezelfde boom vandaan, een appel
eenzaam in de velden van verderf,
dood zuigt zich naar binnen, ontneemt
de tijd zijn schittering. Zonder tegenklank,
zoals de aarde soms, krimpt de appel,
houdt nog even vast aan een zwart,
langzaam tevoorschijn, nauwelijks,
en toch – hij glanst.           
 
 
 frb


Uit: Bestendig verblijf. Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam 2009

Gedicht bij Helene Schjerfbeck, Stilleven met donker wordende appels 1944, olieverf op doek
Over Helene Schjerfbeck: https://nl.wikipedia.org/wiki/Helene_Schjerfbeck

17-05-2025

André Schmitz, 'De verloren zoon'


 

 


De verloren zoon

De verloren zoon kwam niet terug.
Wel de zwijnen waarmee
hij eikels en truffels had gedeeld,
en de meisjes in wie
hij al zijn gaven had verschoten.
Het zijn de meisjes en de zwijnen
die naar de vader toe kwamen
en het vette kalf in ontvangst namen
– om het dier door te geven aan de ondankbare telg
die daarginds zwelgt in het allerlaagste.

André Schmitz

Vertaald uit het Frans door John Fenoghen. Opgenomen in Hotel Parnassus. Poëzie van dichters uit de hele wereld. Poetry International, 2007. De Arbeiderspers, Amsterdam–Antwerpen 2007

André Schmitz: https://www.poetryinternational.com/nl/poets-poems/poets/poet/102-9418_Schmitz

John Fenoghenhttps://www.dbnl.org/tekst/_ras001200801_01/_ras001200801_01_0036.php
 

13-05-2025

De eerste alinea

 

 

“Er komen hier nog steeds wel mensen kijken. Ze steken hun telefoon tussen de hekken met gouden punten door om de strakke, gele gevel te vereeuwigen. Vanuit de kleine salon zien we hoe ze een ogenblik stilte in acht nemen, elkaar toelachen en een traan plengen bij de laatste woning van een nationale beroemdheid,een boegbeeld van  het Franse erfgoed.”

Uit: Julia Deck, Nationaal monument. Uit het Frans vertaald door Nathalie Tabury. Uitgeverij Vleugels, Bleiswijk, 2022

Julia Deck: https://nl.wikipedia.org/wiki/Julia_Deck

Nathalie Taburyhttps://literairvertalen.org/vertalersbestand/nathalie_tabury

10-05-2025

Jorge Luis Borges, 'Maan'

 

 

Aan een kat

De spiegels kunnen niet stilzwijgender,
De speelse dageraad niet steelser zijn;
Jij bent die panter in de maneschijn
Die wij slechts mogen gadeslaan van ver.

Door een onpeilbaar raadsbesluit van God
Ontsnapt je raadsel ons ten langen leste;
Nog verder dan de Ganges en het westen
Is eenzaamheid en is geheim je lot.

Je rug verzet zich niet tegen het lome
Liefkozen van mijn hand. Je hebt, vanuit
Die verte de vergetelheid beduidt,
Een huiverige hand voor lief genomen.

Jij waart rond in een andere tijd, fantoom
Van een domein besloten als een droom.

Jorge Luis Borges

Opgenomen in Paul Claes, De meesters. Wereldpoëzie van twintig eeuwen. PoëzieCentrum, Gent 2008
Het gedicht is vertaald uit het Spaans.

Jorge Luis Borges: https://nl.wikipedia.org/wiki/Jorge_Luis_Borges 

Paul Claes: Paul Claes: https://nl.wikipedia.org/wiki/Paul_Claes

06-05-2025

Aldus de schrijver

 

“Het was dat jaar, 1939, elke dag alsof de droge aarde stenen uitspuwde over de doden, die soms op een rijtje, soms verspreid tussen een paar vijgcactussen in waren gelegd. Af en toe vloog er een ooievaar door de stralende hemel boven de bergachtige horizon. De begraafplaats lag hoog, achter een haveloze muur aan de hellende binnenplaats van de hut waar de familie Aït-Taleb woonde. Alleen die oude muur scheidde de doden van de levenden. En net als ieder kind hinkelde Mohand-Saïd over de wonderlijke hinkelbaan van het lot. Ook hij verschoof met zijn voet een onzichtbare kiezelsteen van vakje naar vakje en hinkelde van aarde naar hemel, van honger naar ziekte, over de lijnen die het lot getekend had heen.”

Uit: Xavier Le Clerc, Een man zonder titel. Uitgeverij Vleugels, Bleiswijk 2023. Vertaald uit het Frans door Eva Wissenburg.

Xavier Le Clerc: https://fr.wikipedia.org/wiki/Xavier_Le_Clerc

Eva Wissenburg: https://literairvertalen.org/vertalersbestand/eva-wissenburg


03-05-2025

Beeldende kunst en poëzie

 

 

L’Orage (de stormman)

Zoals je daar staat, je bangelijk overgeeft aan jezelf,
niet eens ons aankijkt, je handen klaar om af te wenden
wat je vreest, gevangen in een web dat onzichtbaar blijft.

Alsof je bijeen wilt houden wat je in jaren hebt vergaard
aan ongemak en gruwel, de warmte die je ontbeerde ijselijk

zichtbaar wordt. Je naakte huid spreekt ervan, je gedachten
zetten je handen in beweging, onder je oksels spannen
schroom en huiver samen. Je lichaam gloeit, spoelt golven

vrees vooruit, vuur springt over, waarvandaan weet je niet,
het is je hart dat openbreekt. Kom dichterbij, pas je tred aan,
leg terstond je schuwheid en droefenis af, geef je over aan

de stem die jouw lichaam kneedt, en schraapt en schraapt.


 frb

Gedicht bij beeldhouwwerk van Germaine Richier. Haar werk is opgenomen in de collectie van het Stedelijk Museum Amsterdam.

Uit: De dichtbundel Te midden van alles. Uitgeverij Meulenhoff, Amsterdam 2024

Germaine Richier: https://nl.wikipedia.org/wiki/Germaine_Richier

29-04-2025

Aldus de schrijver

 

Ik ben er trots op dat het eerste woordje van mijn zoon, vijf dagen geleden, tegen alle verwachtingen in het woord ‘papa’ was. Hij zegt het nu de hele tijd. Het kost hem nog wel moeite de stemloze bilabiale occlusief ‘p’ uit te spreken en daarom vervangt hij die tijdelijk door de stemhebbende bilabiale nasaal ‘m.

Uit: Alejandro Zambra, Vadertaal. Vertaald uit het Spaans door Brigitte Coopmans. Meridiaan Uitgevers, Amsterdam 2024

Zambra: https://nl.wikipedia.org/wiki/Alejandro_Zambra

Brigitte Coopmans:  

https://onzetaal.nl/uploads/editor/1906_Brigitte_Coopmans_(Mexicaans)_Spaans.pdf

26-04-2025

Monika Rinck, 'tour de trance'

 

tour de trance

my task, she said, was poisoning time

hoe alles draaide, zich herhaalde, rekte,
en roteerde, de warmte was een space so vast,
zo catastrofaal groot, was ze arena
waarin de duigen van objecten dreven,
wilde slagen in de verte, niemand hoorde,
ieder voelde de golven van de schok.
waar iets ontbrak, werd alles groter,
draaide, roteerde, begon te slingeren
en bleef dan in het midden liggen.
de vermoeidheid was een kuur, het gewicht
van de atmosfeer, hallucinogene leegte
veerde, het draaide nu minder
als waren de slagen, in dat wat ze zijn
voorwerp van verdunning, als werd
de tijd, de vragende ruimte, precies en
teder vergiftigd, in zijn weefsel klom
de chemische zwakte, het schuimde,
stikte, het witte depot van de korsten,
dat zich vormde, wordt rijker en toxisch
ebden de slagen weg, het draait,
draait onmerkbaar, en staat stil.

Gedicht van Monika Rinck. Vertaald uit het Duits door Monique de Waal en opgenomen in Hotel Parnassus. Poëzie van dichters uit de hele wereld. Poetry International 2005. De Arbeiderspers, Amsterdam | Antwerpen 2005

Monika Rinck: https://de.wikipedia.org/wiki/Monika_Rinck

Monique de Waalhttps://www.dichterlesen.net/personen/detail/monique-de-waal/

22-04-2025

Moncef Mezghanni, 'Sleutel'

 


Sleutel

 

Hij kwam terug van het café

Poogde de deur te openen


En poogde de deur te openen


Met de laatste sleutel

In de buidel


Tenslotte riep hij uit:

‘Heb ik dan misschien

Die sleutel opgerookt?’



Moncef Mezghanni

Vertaald uit het Arabisch door Willem Stoetzer en opgenomen in Hotel Parnassus. Poëzie van dichters uit de hele wereld. Poetry International 2003. De Arbeiderspers, Amsterdam | Antwerpen 2003

Moncef Mezghanni: https://souffleinedit.com/poesie-art-litteraire/poemes-de-moncef-mezghani/