Zwart trouwkostuum
In een van de zijzakken droge, bleke sprieten
van ooit samen in het gras, een zwarte knoop
eeuwig in reserve, krulletjes pijptabak,
van ooit samen in het gras, een zwarte knoop
eeuwig in reserve, krulletjes pijptabak,
versneden in dagen die ik niet ken.
Ik weet niets van hun eerste nachten, van blinde
gehoorzaamheid, wellust of compassie,
Ik weet niets van hun eerste nachten, van blinde
gehoorzaamheid, wellust of compassie,
zachte brandewijn of pijn. Ik zie de precisie
van het snijwerk, het gelikte van de pochet,
het haast volmaakte van een mager mannenlijf,
van het snijwerk, het gelikte van de pochet,
het haast volmaakte van een mager mannenlijf,
nooit eens een vloek, een zucht uit volle borst.
Alle dagen telden, alle nieuws bracht schrik.
Alle dagen telden, alle nieuws bracht schrik.
frb
Eerder verschenen in een serie over 'dinggedichten' in De Gids, jrg. 172, 2009, nr. 2
Geen opmerkingen:
Een reactie posten