17-07-2021

Aldus de schrijver (114)

 

“Gesnoeide liguster ruikt nog altijd naar zure appels, net als toen ik zestien was; maar dat is een van de weinige overblijfselen van vroeger. Op die leeftijd leek alles meer aanleiding te geven tot analogieën, tot metaforen, dan nu. Er waren meer betekenissen, meer interpretaties, er was een grotere verscheidenheid van beschikbare waarheden. Er was meer symboliek. Overal zat meer achter.
De mantel van mijn moeder bijvoorbeeld. Die had ze zelf gemaakt, op een paspop die onder de trap bivakkeerde en waaruit je alles en niets te weten kwam over het vrouwelijk lichaam (begrijpt u wat ik bedoel?). Die mantel was aan twee kanten draagbaar, helderrood aan de ene kant, een grote zwart-witte ruit aan de andere; de revers, die van de stof aan de tegenkant waren gemaakt, zorgden voor wat in het patroon ‘een zweem van contrast aan de hals’ werd genoemd en pasten bij de grote, vierkante opgestikte zakken. Het was een zeer knap stuk werk, dat zie ik nu wel in; toen bewees het voor mij dat mijn moeder een draaikont was.”

Uit: Julian Barnes, Metroland. Vertaald uit het Engels door Else Hoog. Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam / Antwerpen. Tweede, herziene druk 2020
 

Over Julian Barnes: https://nl.wikipedia.org/wiki/Julian_Barnes

Geen opmerkingen: