Kopstand
Teruggaan als men op z’n kop staand vooruit
wil komen, heimwee naar de toekomst, turen
naar de vogels in het gras, de wormen die
zich terugdraaiend bewegen. Van binnenuit
naar boven stijgen, met een overdachte draai
zich overgeven aan een nieuw bestaan.
Hoor de klokken in de lage keldertoren,
ritselende ratten in kruinen van bomen,
vissen onder het hemelruim zichzelf zoekend
tussen rafels wolken door. Blijft de angst
om diep te vallen van vloer naar zoldering
als even naast het raam een koekoeksklok,
de gewichten strak omhoog, de wijzerplaat
intact, begonnen is aan een eindeloze val.
frb
Afb. Een van de gedichten uit mijn reeks 'Kopstand' is het schilderij ‘Der Wald auf dem Kopf’ (1969) van Georg Baselitz
Over de schilder: https://nl.wikipedia.org/wiki/Georg_Baselitz
Geen opmerkingen:
Een reactie posten