15-10-2024

Aldus de schrijver

 

 

“Oorlog lijkt me zo onwerkelijk dat ik me moeilijk kan voorstellen dat mijn vader erin meevocht. Ik heb een man gezien bij wie de linkerkant van het gezicht iets anders uitdrukte dan de rechterhelft. Ik weet niet zeker of ik wel van New York houd. Ik zeg niet ‘a is beter dan b’ maar ‘ik verkies a boven b’. Ik ben altijd aan het vergelijken. Als ik terugkeer van een reis, is het beste moment niet het betreden van de luchthaven en ook niet de thuiskomst, maar de taxirit daartussen: het is nog reizen, maar niet meer helemaal. Ik zing vals, dus ik zing niet. Omdat ik grappig ben, denken de mensen dat ik gelukkig ben. Ik hoop dat ik nooit een oor vind in een weiland. Ik houd niet méér van woorden dan van een hamer of een schroef. Ik ken de groene jongens niet. In Engelstalige landen lees ik sale op winkelramen als het Franse woord voor ‘vuil’. Ik kan niet slapen naast iemand die snurkt, zwaar ademt, niet stilligt en de lakens naar zich toe trekt. Ik kan slapen in omhelzing met iemand die stilligt. Ik had het idee voor een Droommuseum.”

Uit: Éduard Levé, Zelfportret. Vertaald uit het Frans door Katrien Vandenberghe. Uitgeverij Koppernik, Amsterdam 2024

Édouard Levé: https://en.wikipedia.org/wiki/%C3%89douard_Lev%C3%A9

Katrien Vandenberghehttps://www.koppernik.nl/vertalers/katrien-vandenberghe/

 

Geen opmerkingen: