19-07-2025

Aldus de schrijver

 

 

“Ik wilde niet dat je wist dat de andere kinderen op school geen vriendschap met me wilden sluiten, want wie bevriend was met iemand die als homo bekendstond, werd scheef aangekeken. Ik wilde niet dat je wist dat twee jongens me ettelijke keren per week opwachtten in de gang naar de bibliotheek van diezelfde school om me te slaan en in het gezicht te spugen als straf voor wat ik was: Ben je echt een flikker? 
Ik wilde niet dat je wist dat ik al op mijn negende of tiende ondervond wat neerslachtigheid en wanhoop betekenden, dat ik door die gevoelens vroeg oud was geworden, dat ik elke ochtend wakker werd met deze vragen in mijn hoofd: Waarom was ik wie ik was? Waarom was ik geboren met die meisjesmanieren, met die manieren waarin de anderen – en ze hadden gelijk – het bewijs van mijn afwijking zagen? Waarom was ik geboren met dat verlangen naar andere jongens en niet naar meisjes, zoals mijn vader en broers? Waarom was ik niet iemand anders? Die keer, vele jaren later, dat ik tijdens een ruzie tegen je zei dat ik een afschuwelijke jeugd had gehad, keek je me aan alsof ik gek was en je zei: Maar je glimlachte de hele tijd! 
Hoe had ik je die dag kwalijk kunnen nemen dat je zo reageerde terwijl je daarmee in zekere zin aangaf dat ik gewonnen had, dat het me was gelukt al die tijd voor je verborgen te houden hoe mijn leven was en uiteindelijk te voorkomen dat je mijn moeder werd?”

Uit: Édouard Louis, Strijd en metamorfose van een vrouw. Vertaald uit het Frans door Reintje Ghoos en Jan Pieter van der Sterre. De Bezige Bij, Amsterdam 2021

Édouard Louishttps://nl.wikipedia.org/wiki/Édouard_Louis

De vertakershttps://www.koppernik.nl/vertalers/reintje-ghoos-en-jan-pieter-van-der-sterre/

 

Geen opmerkingen: