22-03-2022

Aldus de schrijver (135)

 

“Ja, op bepaalde dagen voel ik zo’n hevige afkeer van alles dat ik wel zou willen sterven. Dan ervaar ik de onveranderlijke monotonie van landschappen, gezichten en gedachten met een soms stekend felle pijn. De middelmatigheid van onze wereld verbaast me en maakt me boos, de kleinzieligheid van alle dingen vervult me met walging, de armzaligheid van mensen verplettert me. Maar op andere dagen word ik juist blij van alles, op een dierlijke manier. Waar mijn geest, mijn verontruste, gekwelde en door het werk overactieve geest, zich op verwachtingen stort die onnatuurlijk zijn voor onze soort, en vervolgens weer in de verachting van alles vervalt, na er de nietswaardigheid van te hebben geconstateerd, raakt mijn dierlijke innerlijk juist beneveld door de vervoeringen van het leven. Als een vogel hou ik van de hemel, als een sluipwolf van het bos, als een gems van de bergen, als een paard van hoog gras om in te woelen of doorheen te rennen, als een vis van helder water om in te zwemmen.”

Uit: Guy de Maupassant, Op het water. Vertaald uit het Frans door Hester Tollenaar. Uitgeverij Vleugels, Bleiswijk 2021

Over Guy de Maupassant: https://nl.wikipedia.org/wiki/Guy_de_Maupassant

 

Geen opmerkingen: