Dit is niet op zolder gevonden maar in de grond
van de zaak hetzelfde als spullen die resten
na een moderne dood, verkommerd slap afval
in de handen van de erfgenaam, ik, verzamelaar.
Het is geen verlangen naar iets hogers dat me drijft
naar de diepte, het is klein en schaamteloos, het is kleertjes
die de vuilnisman liet liggen – oneffen plaveisel geworden,
verregend – oprapen om te weten hoe het was.
Het is rotzooien, het verdwijnen achterna, de mensen
van vroeger, brokjes van het denken, volgordes
die tot handelen leidden – het schaven van hout
het knippen van kleertjes – momenten, lang geleden
die er echt zijn geweest en die echt zijn
verdwenen tot iemand ze vasthoudt, terugleest.
Uit: Esther Jansma, Alles is nieuw. Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam 2005
Over Esther Jansma:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Esther_Jansma
Geen opmerkingen:
Een reactie posten